Rouppeplein
Dit plein van 80m op 80m werd geopend in 1841. Het Rouppeplein was toen een druk stationsplein gelegen voor het eerste Zuidstation van Brussel, het zogenaamde Bogaardenstation dat in 1840 werd ingehuldigd. De treinen stoppen hier al meer dan 150 jaar niet meer, maar de hotels zijn er nog wel: A la grande Cloche is nog een herinnering naar de klok die vertrek en aankomst van de treinen ritmeerde.
Het plein is genoemd naar Nicolas Rouppe, de eerste burgemeester van Brussel na de Belgische onafhankelijkheid (1830-1838). In het midden van het plein staat een fontein (20) met een vrouwenfiguur die de stad Brussel voorstelt. Het geheel werd ontworpen door onze ‘schieven architek’ Jozef Poelaert, de man die ook de Congreskolom en het Justitiepaleis ontwierp. De fontein verwelkomde vroeger de treinreizigers die in Brussel aankwamen.
Het plein kende een zeer drukke periode toen de trams (op stoom en laer op elektriciteit) er eindigden. Deze trams kwammen uit Halle, Lennik, l’Espinette, Sint-Genesius-Rode en Waterloo.
In 1843 werden er enkele hotels gebouwd voor reizigers, waarvan er nu nog 2 overblijven: la Grande Cloche e
n het Windsorhotel.
Het Rouppeplein is ook bekend uit de geschiedenis van de Franse literatuur. Hier was het immers dat de jonge dichter Rimbaud in 1873 bescherming kwam zoeken tegen zijn vriend verlaine die hem met de dood bedreigde.
Stalingradlaan
Deze lange laan die het Rouppeplein met het Zuidstation verbindt werd in 1869 aangelegd, op de plek waar toen 6 sporen naar het Bogaardenstation liepen die toen werden weggehaald. Toen hettee deze
laan nog de Zuidlaan.
Tot in het midden van de jaren1940 werd deze laan afgezoomd met platanen, maar ze werden omgehakt op vraag van de handelaars van de straat, die kloegen over de schafuw die de bomen op hun wikelramen wierpen. Zonder bomen verloor de laan echter veel van haar antrekkingskracht en de klanten van de winkels trokken weg.
De stad ondernam nog een reddingspoging door kleine acacias op het voetpad te planten, maar er was niets aan te doen. Beetje bij beetje sloten de winkels van de lange gevel van het Zuidpaleis hun deuren.